Ik voelde dat ik anders was

Het verhaal van Robin
“Ik kan niet in een mooie duidelijke tijdlijn beschrijven hoe eenzaamheid in mijn leven kroop. Het zijn gevoelens, die pas later op zijn plaats vielen.
Ik voelde me van kleins af aan ‘anders’. Dat zette zich door op de middelbare school en op mijn werk. Ik trok me meer en meer terug, tenslotte bemoeide ik me nergens meer mee en verloor ik de vaardigheden om contact te maken.”

“Toen ik klein was, stonden we door mijn autoritaire vader geïsoleerd in de buurt. Contact met de kinderen uit de buurt was moeilijk. Daar begon achteraf al de eenzaamheid.
Ik voelde me overal ‘anders’ en werd ook zo behandeld. Schelden was nog wel het minste van het pesten, al probeerde ik ‘professor’ als eretitel te zien. In elkaar geslagen worden en vluchten waren gewoon. Daarbij kwam dat ik zelf niet vaardig was in contact maken. Ik trok me verder in mezelf terug. Ik las veel. Ik had anderen niet nodig, ik had mezelf. Soms had ik wel iemand waar ik leuk me om kon gaan en als dat wegviel werd ook het gemis duidelijker.
Van het voelen van eenzaamheid kan je eigenlijk niet meer spreken, ik had het gevoel uitgeschakeld. Ondertussen wat de lijst psychologen en therapeuten aardig lang aan het worden, en mijn vertrouwen in ze aan het afnemen.”

Wat heeft je geholpen?
“Via nogal wat omzwervingen, kreeg ik een baan met een begrijpende chef. Hij en een vrouw van personeelszaken begeleidde me op het werk om niet weer in dezelfde fouten -met collega’s- te vallen. Ook zette de begeleiding en mijn eigen leeswerk me op het spoor van autisme. Logisch dat ik ‘anders’ was, logisch dat ik moeite had om contact te leggen.
Aan één kant is regelmatig alleen zijn iets wat een hoop autisten prettig vinden. Maar er is ook zoiets als te veel. Een leeg gevoel, iets dat me nu pas duidelijk werd: eenzaamheid. Op het diepste punt wilde ik liever dood dan leven. Dát was voor mij de ommekeer. Nu moet er wat gebeuren. Ik ben toen zelf uit gaan zoeken, ik was ondertussen 51, waarom pas op mijn 37ste de diagnose autisme was gesteld. De psychiaters, psychologen enzovoorts zochten altijd naar eigenschappen van autisme die bij een man hoorden, die van mij waren voornamelijk die aan vrouwen zijn toegedacht. En weer vielen er de nodige puzzelstukjes op hun plek.”

Van praktijkondersteuner naar  Veilige Haven,
“Ik wilde graag de leegte van eenzaamheid vullen en meer contact. Ik zocht ook naar contact met transgender mensen. De praktijkondersteuner van de huisarts, een begripvolle vrouw, hielp me met zoeken naar organisaties en personen terwijl ik zelf ook zocht.
De praktijkondersteuner vond Veilige Haven. Veilige Haven is een initiatief om mensen uit de LHBTI+ gemeenschap te helpen, en na een aantal gesprekken begon ik me steeds meer op mijn gemak begon te voelen.“

Pink Society naar Maatjes Humanitas
“De mensen van Veilige Haven hielpen me zoeken naar contacten voor transgenders, die helaas in Alkmaar niet zijn, maar ze vonden wel het maatjesproject van Humanitas. Ook vond ik de Pink Society, bijeenkomsten van het COC Noord-Holland die in de wijkboerderij aan de Vondelstraat worden georganiseerd.”

Zoek hulp; je staat niet alleen
“Door mijn verhaal te vertellen, hoop ik anderen te bereiken en hen te laten weten: hoe moeilijk je situatie ook is, zoek hulp. Als je je terug trekt van de wereld in eenzaamheid, omdat je ‘anders’, autist, homo, lesbienne of wat ook bent of als je je op een andere manier buiten de samenleving voelt staan. Ergens is er hulp ook al vind je het misschien niet meteen. Je staat niet alleen.”